Jaarplan 2025
De Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA) heeft haar Jaarplan 2025 bekendgemaakt. Het is het derde uitvoeringsjaar van het Meerjarenplan 2023-2026. In het jaarplan voor 2025 staat op welke sectoren en met welke accenten de inspectie zich specifiek gaat richten. De speerpunten uit het meerjarenplan worden doorgezet. Dit betekent dat de aandacht opnieuw uitgaat naar onderwerpen als uitzendbureaus, blootstelling aan gevaarlijke stoffen, schijnconstructies, asbest, CE-markering en arbeidsdiscriminatie.
Speerpunten in 2025
De arbeidsinspectie richt zich vooral op:
- Psychosociale en fysieke arbeidsbelasting: Psychosociale arbeidsbelasting (PSA) ontstaat door werkstress door hoge werkdruk of ongewenst gedrag. In 2025 onderzoekt de inspectie PSA in het onderwijs, de zorg (verpleeg- en verzorgingshuizen) en de ggz, met focus op werkdruk en ongewenst gedrag. Daarnaast wordt een sector geselecteerd met veel discriminatie op de werkvloer. Ook komt er toezicht op de aanpak van fysieke belasting in diverse sectoren.
- Eerlijk werk: In 2025 richt de inspectie zich extra op uitzendbureaus voor arbeidsmigranten, vanwege de kwetsbare positie van arbeidsmigranten en risico op misstanden. De inspectie houdt vooral toezicht op startende uitzendbureaus en de naleving van de Wet toelating terbeschikkingstelling arbeidskrachten (WTTA). Met extra middelen zijn nieuwe inspecteurs opgeleid, die samen met Belastingdienst, UWV en SVB ook grensoverschrijdende problemen aanpakken.
- Bestaanszekerheid: De inspectie houdt toezicht op de doeltreffendheid van de uitvoering van het stelsel van werk en inkomen door gemeenten, UWV en SVB.
- Gezond en veilig werk: Werkgevers moeten werknemers beschermen tegen schadelijke stoffen. Het gaat vooral om kankerverwekkende, mutagene, reprotoxische en sensibiliserende stoffen. De inspectie richt zich op sectoren en bedrijven met hoge risico’s of matige beheersing, zoals luchthavens, de metaal-, hout-, timmer- en meubelindustrie, industriële schoonmaak en bedrijven met hoge dieselmotoremissies (DME).
- Schijnconstructies: In 2025 onderzoekt de inspectie digitale platforms die zzp’ers bemiddelen naar opdrachtgevers en schijnconstructies als verdienmodel gebruiken. Het gaat om platforms waarbij deze zzp’ers hetzelfde werk doen en worden aangestuurd als vaste werknemers. Een voorbeeld daarvan zijn verkoopmedewerkers in de kledingbranche.
- Major hazards: De inspectie richt zich in 2025 op bedrijven met acute risico’s op zware arbeidsongevallen en complexe chemische stoffen, aangeduid als ‘major hazards’. Dat zijn bedrijven onder de ARIE-regeling en Seveso-inrichtingen (voorheen Brzo-bedrijven), waar de grootste rampen kunnen plaatsvinden. Een derde van de ARIE-bedrijven wordt geïnspecteerd en alle ongevalsmeldingen worden grondig onderzocht
Handhaving en interventies
Handhaving en interventies blijven belangrijke taken van de Arbeidsinspectie. Sommige bedrijven leven de regels bewust niet na, vaak om financiële redenen. De inspectie wil daar streng op controleren door middel van boetes, stilleggingen en eventueel een strafrechtelijke aanpak. De Inspectie gaat daarbij meer gebruikmaken van aanwezige data en data-analyse. Ook wordt het systeem voor handhaving en bestuurlijke boetes vernieuwd.