Alle voorzieningen die je in de onderneming hebt opgebouwd mogen blijven staan. In de toekomst moet je zelf iets privé regelen. Als dga heb je daarbij de keuze tussen een externe pensioenverzekering of lijfrente, of een combinatie daarvan. Alle andere ondernemers kunnen kiezen voor een aanvullend inkomen in de vorm van een lijfrente.
In dit artikel:
– Hoe zit het ook alweer met ons pensioen?
– Lijfrente biedt meer mogelijkheden
– Fiscaal voordeel
– Keuzemogelijkheden tijdens de opbouwfase
– Uitkering bij overlijden
– Mogelijkheden tijdens de uitkeringsfase
– Wil je lijfrente-aftrek in 2024?
Hoe zit het ook alweer met ons pensioen?
Het pensioen bestaat uit drie onderdelen, ‘pijlers’ genoemd.
- In de eerste pijler valt de AOW-uitkering. Gezien de hoogte, kun je dit beschouwen als een basisinkomen.
- In de tweede pijler valt het pensioen dat je via een werkgever opbouwt. De dga, die in dienst is van zijn eigen onderneming, kan binnen deze pijler een pensioenverzekering afsluiten of soms meedoen met de pensioenregeling van de medewerkers.
- Binnen de derde pijler vallen voorzieningen die vanuit privé worden gevormd. Ondernemers met een eenmanszaak of binnen een vof/maatschap kunnen géén pensioen opbouwen in de tweede pijler (met uitzondering van bepaalde beroepsgroepen), maar wel in de derde pijler.
Lijfrente biedt meer mogelijkheden
Binnen de Wet toekomst pensioenen (Wtp) worden de mogelijkheden voor lijfrenteopbouw uitgebreid. Hierdoor is een hogere inleg mogelijk dan in het verleden. Premies voor lijfrente zijn fiscaal aftrekbaar als sprake is van een pensioentekort. Daarbij wordt gekeken naar de combinatie van inkomen en eventuele pensioenopbouw over het voorgaande jaar (jaarruimte) plus de jaren ervoor (reserveringsruimte).
De jaarruimte is sinds 2023 fors hoger dan voorheen, namelijk 30% van het inkomen in plaats van 13,3%. Dit is meer dan het dubbele! Hierdoor is het mogelijk om meer lijfrentepremie af te trekken in de aangifte inkomstenbelasting.
Naast deze verruiming is ook de reserveringsruimte uitgebreid. Per 2023 kun je de onbenutte jaarruimte van de voorgaande 10 jaar gebruiken voor het opbouwen van extra pensioen. Voorheen was deze termijn 7 jaar. Ook het maximale bedrag voor de reserveringsruimte is verruimd naar een maximum van € 41.608.
Fiscaal voordeel
Met een lijfrente zorg je op een fiscaal voordelige manier voor je oude dag. De lijfrente-inleg die je betaalt, is fiscaal aftrekbaar van je belastbaar inkomen. Als de lijfrente gaat uitkeren betaal je weer inkomstenbelasting over de uitkeringen.
Voorbeeld fiscaal voordeel
Stel je legt jaarlijks € 6.000 in voor een lijfrente. In de belastingaangifte wordt deze inleg aangemerkt als aftrekpost. Het inkomen valt in het belastingtarief van 37%. Hierdoor betaal je € 2.220 minder belasting. Als je de lijfrente na de AOW-datum laat uitkeren, valt deze uitkering mogelijk in het laagste belastingtarief van 20%. Hierdoor realiseer je een belastingvoordeel van 17%.
Valt je huidige inkomen in de hoogste belastingschijf, dan bedraagt het voordeel zelfs 29,5%. Of en hoeveel belastingvoordeel je uiteindelijk gerealiseerd, is afhankelijk van vele persoonlijke factoren.
Keuzemogelijkheden tijdens de opbouwfase
Tijdens de opbouwfase bouw je een vermogen op om vanaf je pensioendatum periodieke uit te keren. Vroeger kon dit alleen via een lijfrenteverzekering. Tegenwoordig kan dat ook door middel van een lijfrentespaarrekening (bancaire lijfrente) of lijfrentebeleggingsrekening.
Uitkering bij overlijden
Als je kiest voor een lijfrente, raden wij je aan om ook een overlijdensrisicoverzekering af te sluiten ten behoeve van je nabestaanden. Afhankelijk van uw keuze tijdens de opbouwfase volgt bij een overlijden voor de pensioendatum geen volwaardige nabestaandenuitkering. In het onverhoopte geval dat sprake is van slechts één of enkele jaren inleg, blijven uw nabestaanden met een zeer beperkt bedrag achter.
Mogelijkheden tijdens de uitkeringsfase
Een lijfrente kan levenslang of tijdelijk worden uitgekeerd. Een tijdelijke lijfrente is alleen mogelijk vanaf de AOW-leeftijd. De minimale uitkeringsduur is 5 jaar. Een levenslange lijfrente mag wel voor de AOW-leeftijd ingaan. Een combinatie van beide vormen is ook mogelijk.
Heb je nog oude lijfrentes, dan heb je misschien nog de mogelijkheid om een overbruggingslijfrente te verzekeren, oftewel een uitkering voorafgaand aan het bereiken van de AOW-leeftijd. Dit kan alleen met lijfrentes die vóór 2006 zijn opgebouwd.
Wil je lijfrente-aftrek in 2024?
Wil je voor 2024 nog in aanmerking komen voor aftrek van lijfrente, dan moet je snel in actie komen. Alleen de op 31 december 2024 betaalde lijfrentepremie kan namelijk worden opgevoerd in de aangifte 2024. Voordat de bedragen kunnen worden gestort, is het verstandig om eerst de hoogte van de lijfrente-aftrek vast te stellen.
Wij stellen de maximale lijfrenteaftrek voor je vast in combinatie met het openen van een lijfrenterekening. Sigma Pensioen & Inkomen denkt graag met je mee voor jouw beste lijfrenteoplossing. Wil je een afspraak met een pensioenadviseur van Sigma Pensioen en Inkomen? Neem dan contact met ons op.
